Wist je dat postpartum depressie de meest voorkomende complicatie is na een bevalling? Tien tot vijftien procent van de vrouwen ontwikkelt in de postpartum periode psychische klachten die dermate ernstig zijn dat zij daar hulp bij nodig hebben. Ervaringsdeskundige en schrijfster Anne Marleen Meulink is blij dat er steeds meer aandacht is voor dit onderwerp.
In 2015 schreef Anne Marleen Meulink het boek ‘Depressief na een bevalling: oorzaken, gevolgen en adequate ondersteuning’. In dit boek legt zij op een toegankelijke manier uit wat een postpartum depressie is en hoe de omgeving van een vrouw met een postpartum depressie haar kan ondersteunen. Ook kraamverzorgenden kunnen dit boek gebruiken om hun kennis over postpartum depressie te vergroten en te ontdekken wat zij in dit opzicht voor vrouwen kunnen betekenen. Anne Marleen heeft een counselingspraktijk voor vrouwen met een postpartum depressie en geeft regelmatig lezingen en bijscholingen over dit thema. Op haar website www.postpartumsteun.nl kun je daar alles over lezen.
Waarom schreef jij dit boek?
“Ik ben freelance journalist en heb zelf 12 jaar geleden na de geboorte van mijn oudste kind totaal onverwacht een postpartum depressie gehad. Ik heb in die periode ervaren dat er, ook onder professionals, veel onduidelijkheid is over wat een postpartum depressie eigenlijk is. Daardoor worden veel vrouwen, onder wie ik in die tijd, niet adequaat (genoeg) geholpen. Dat is ontzettend jammer, voor de vrouw zelf, maar ook voor haar kindje, dat in allerlei opzichten onder de depressie te lijden heeft. De veilige hechting van een kind aan zijn moeder, komt door de depressie in het gedrang.”
Hoe voelt een postpartum depressie?
“De eerste twee dagen na de geboorte van mijn zoontje – een prachtige, gezonde baby – voelde ik me gelukkig. Precies zoals ik van tevoren had verwacht. Maar na twee dagen viel ik, bijna van het ene op het andere moment, in een zwart gat van leegte, verdriet en angst. Ik wist niet dat zoiets bestond. Dat was verschrikkelijk moeilijk. Vooral omdat je ondertussen voor een baby moet en wil zorgen. Ik schaamde me ervoor en begreep er zelf helemaal niets van. Het heeft al met al ruim twee jaar geduurd om weer op te krabbelen.”
Je vertelde dat je werd geconfronteerd met een groot gebrek aan kennis over dit onderwerp bij professionals… Wat trof je nog het meest?
“Ik heb na zes weken de verloskundige gebeld om te vragen of zij advies had. Het enige wat zij deed is een envelop door de bus gooien met een paar oude artikelen over postpartum depressie, met als begeleidende tekst: ‘s.v.p. retour’. Dat was een van mijn meest eenzame momenten… Ze hebben nooit meer gevraagd hoe het ging. Ook op het consultatiebureau werd er nauwelijks aandacht aan de depressie besteed. Terwijl ik er van het begin af aan wel open over ben geweest.”
Waaraan had je juist wél wat?
“Het is ontzettend belangrijk dat er echt naar je wordt geluisterd. Daarvoor is tijd nodig. Mensen hebben de neiging om meteen met snelle oordelen en adviezen aan te komen en dat helpt niet. Voor iedere vrouw is de oorzaak van de postpartum depressie anders, het is een persoonlijke kluwen van biologische, psychologische en sociale factoren. Om die kluwen te kunnen ontwarren heeft een vrouw mensen nodig die naast haar gaan staan en echt naar haar luisteren en rustig met haar op zoek gaan naar oplossingen die bij haar passen.”
Welke tips wil jij kraamverzorgenden meegeven?
“Kraamverzorgenden zijn de eerste dagen een zeer belangrijke bron van sociale steun voor de kraamvrouw. En uit onderzoek blijkt dat vrouwen die veel steun ontvangen, veel minder kans hebben om in een depressie weg te zakken. Kraamverzorgenden kunnen ontzettend veel betekenen door in die eerste dagen echt aandacht te geven aan de emotionele kant van het moeder worden.
“Daarnaast is het belangrijk dat kraamverzorgenden weten wat de symptomen zijn van een postpartum depressie en hoe je die kunt onderscheiden van ‘gewone’ babyblues of andere stoornissen (psychose en posttraumatische stres stoornis). Wanneer kraamverzorgenden bij het afsluiten van de kraamtijd een ‘niet pluis’ gevoel hebben over de situatie, is het van groot belang dat zij die indruk overdragen aan andere professionals. Denk niet te snel: ‘iemand anders ziet het wel, ik bemoei me er maar niet mee’. Het is zowel voor de moeder als voor het kindje essentieel dat er in het geval van een depressie in een vroeg stadium hulp wordt geboden.”